Fiscale maatregelen rond vergroening wagenpark

De regering heeft recent een wetsontwerp ingediend ter vergroening van het bedrijfswagenpark. Aan de ene kant wilt men de fiscale voordelen van bedrijfswagens stelselmatig afbouwen. Anderzijds wilt men ondernemers en burgers ook aanmoedigen om te investeren in zero-emissie voertuigen en laadpaalinfrastructuur door middel van een reeks fiscale steunmaatregelen

1. Fiscale steunmaatregelen voor bedrijven en zelfstandigen

a) Verhoogde aftrek voor afschrijvingen

Voor eenmanszaken en vennootschappen voorzien de ontwerpteksten in een verhoogde aftrek van afschrijvingen op de aanschaf en installatie van een publiek toegankelijke laadstation.

Uitgaven tot en met:

Verhoogde aftrek

31/12/2022

200 %

31/08/2024

150 %

De verhoogde aftrek wordt slechts verleend in het belastbaar tijdperk waarin het laadstation operationeel en publiek toegankelijk is en op voorwaarde dat deze tijdig werd aangemeld bij de FOD Financiën. Indien je reeds in een voorafgaand belastbaar tijdperk begint af te schrijven, verlies je op die afschrijvingen de verhoogde aftrek. Het is dus belangrijk er op toe te zien dat het tijdstip waarop het laadstation operationeel is in hetzelfde belastbaar tijdperk valt als wanneer het publiek toegankelijk wordt en aangemeld is.

Een laadstation wordt als publiek toegankelijk beschouwd wanneer iedereen met een elektrische auto er gebruik van kan maken, en dit ofwel tijdens de normale openingstijden van de onderneming, ofwel tijdens de normale sluitingstijden van de onderneming. Het laadstation moet worden aangemeld op www.eafo.eu zodat gebruikers de locatie en de beschikbaarheid ervan kunnen controleren. Hierbij wordt gedacht aan installaties op vrij toegankelijke parkeerterreinen van winkels, bedrijven en kantoren.

Naast de investering in het laadstation zelf, komen ook de bijkomende kosten in aanmerking voor de verhoogde aftrek, tenminste indien ze mee afgeschreven worden met het laadstation. Denk aan kosten voor de elektrische keuring, bekabelingswerken en de plaatsing van een elektriciteitscabine.

De installatie zelf moet tenslotte aan enkele technische vereisten voldoen. Het moet gaan om een zogenaamd “intelligent” laadstation, dat toelaat dat de laadtijd en het laadvermogen gestuurd worden door een energiebeheersysteem, ongeacht het merk of de ontwikkelaar van het systeem, via een “gestandaardiseerd protocol”, bijvoorbeeld van het zogenaamde type OCPP.

b) Investeringsaftrek voor nieuwe investeringen door KMO’s

De ontwerptekst sluit de samenhang tussen de gewone éénmalige investeringsaftrek en de hierboven beschreven verhoogde aftrek voor afschrijvingen niet expliciet uit, hetgeen naar onze bescheiden mening betekent dat deze twee gunstmaatregelen gecombineerd kunnen worden.

De investeringsaftrek bestaat al jaren en is bedoeld om KMO’s aan te sporen te investeren in nieuwe beroepsmatige activa, waaronder in onze ogen ook een laadstation.

De investeringsaftrek bedraagt 8 %, maar is omwille van de coronacrisis tijdelijk verhoogd tot 25 % voor investeringen tot en met 31 december 2022.

Het kabinet van de Minister heeft echter laten weten dat het niet de bedoeling is dat deze twee fiscale gunstmaatregelen gecombineerd worden. Dit wordt hopelijk verduidelijkt in de definitieve wetteksten.

c) Verhoogde investeringsaftrek voor elektrische vrachtwagens of vrachtwagens op waterstof

Naast de hoger vermelde maatregel voor de investering in laadinfrastructuur voor personenwagens wenst de regering ondernemingen ook aan te moedigen om te investeren in koolstofemissievrije vrachtwagens. Het kan dan gaan om elektrische vrachtwagens of vrachtwagens op waterstof.

In plaats van een verhoogde aftrek voor afschrijvingen stelt men voor vrachtwagens een verhoogde investeringsaftrek in het vooruitzicht:

Uitgaven in:

Investeringsaftrek

2023

35 %

2024

29,5 %

2025

24 %

2026

18,5 %

2027 e.v.

13,5 %

De investeringsaftrek geldt zowel voor investeringen in koolstofemissievrije vrachtwagens als voor investeringen in laadinfrastructuur voor elektrische vrachtwagens en tankinfrastructuur voor waterstof.

Onder vrachtwagen wordt verstaan, iedere vrachtwagen, aanhangwagen- of opleggertrekker van de categorie N1, N2 of N3.

De maximale steun die een onderneming kan verkrijgen (zowel uit gewestelijke subsidies als uit de hierboven bedoelde investeringsaftrek) is beperkt tot 15 miljoen euro. Deze voorwaarde werd ingeschreven om in lijn te zijn met de Europese regels rond staatsteun.

2. Afbouw fiscale voordelen bedrijfswagens

Naast de bovenstaande stimulans voorziet de regering ook ontradende maatregelen voor investeringen in personenwagens met een benzine-, diesel-, LPG- of hybride motor.

Voor bedrijfsvoertuigen verandert er niets. Bestelwagens, lichte vrachtwagens en vrachtwagens blijven dus in principe voor 100 % aftrekbaar.

Belangrijk is dat de nieuwe regelgeving telkens geldt voor nieuw aangekochte personenwagens vanaf een bepaalde datum. Er wijzigt dus niets voor reeds aangekochte auto’s of lopende leasecontracten.

Wagens met een verbrandingsmotor

Voor auto’s aangekocht tot en met 30 juni 2023 blijven de huidige aftrekregels behouden voor de volledige gebruiksduur van de wagen.

Voor auto’s aangekocht vanaf 1 juli 2023 geldt een overgangsregime. De aftrekbaarheid begint vanaf 2025 als volgt terug te lopen.

Jaar

Maximaal aftrekpercentage

2025

75 %

2026

50 %

2027

25 %

2028

0 %

Tijdens deze overgangsperiode komen bovendien de minimale aftrekpercentages (50 % voor auto’s met < 200 gr. CO² en 40 % voor auto’s met =/> 200 gr. CO²) te vervallen.

Indien je vanaf 1 juli 2023 een wagen aankoopt met een CO²-uitstoot van 240 gram of meer voor een dieselmotor of 253 gram en meer voor een benzinemotor, zal de aftrekbaarheid in de praktijk al dalen tot 0 % vanaf 2025.

Voor personenwagens met een fossiele brandstofmotor die aangekocht worden na 1 januari 2026 wordt geen enkele aftrek meer toegestaan.

Hybride wagens

Voor hybride wagens gelden in feite dezelfde regels:

  • hybride aangekocht tot en met 30 juni 2023: huidige regels blijven van toepassing
  • hybride aangekocht tussen 1 juli 2023 en 31 december 2025: overgangsregime
  • hybride aangekocht vanaf 1 januari 2026: geen enkele aftrek meer

Daarnaast worden chauffeurs gestimuleerd om zoveel als mogelijk elektrisch te rijden door de aftrekbeperking op benzine en diesel vanaf 1 januari 2023 vast te leggen op 50 %. Dit laatste geldt enkel voor hybride wagens aangeschaft vanaf 1 januari 2023.

Elektrische wagens

De elektrische wagen wordt vanaf 2026 dus naar voren geschoven als de enige fiscaal interessante personenwagen vanaf 2026.

Om het gebruik van het openbaar vervoer te stimuleren en de verkeersdrukte in te dijken, heeft de regering evenwel de intentie om ook een aftrekbeperking in te voeren voor elektrische wagens.

Voor elektrische wagens die aangekocht worden vanaf 1 januari 2027 zal de fiscale aftrekbaarheid als volgt verminderen:

Aangekocht in:

Aftrekbaarheid

2027

95 %

2028

90 %

2029

82,5 %

2030

75 %

2031

67,5 %

De percentage van aftrekbaarheid is dus afhankelijk van het jaar waarin de wagen werd aangekocht en geldt dus voor de volledige looptijd van de wagen.


Wagen foto

3. Fiscale steunmaatregelen voor particulieren

Tenslotte voorziet het wetsontwerp ook in een fiscale stimulans voor particulieren. De aankoop én plaatsing van een laadstation zal vanaf 1 september 2021 recht geven op een belastingvermindering in de personenbelasting:

Uitgaven tot en met:

Belastingvermindering

31/12/2022

45 %

31/12/2023

30 %

31/08/2024

15 %

Het maximale bedrag van de uitgaven waarop de belastingvermindering toegepast kan worden is € 1.500,00 (inclusief btw) per laadpaal en per belastingplichtige.

De uitgaven omvatten onder andere:

  • de aankoop en de plaatsing van het laadstation;
  • de (verplichte) keuring van de installatie;
  • de kosten voor een verzwaring van de elektriciteitsinstallatie (van één naar drie fasen);
  • extra bekabeling voor een driefasig laadstation;

De belastingvermindering heeft enkel betrekking op uitgaven voor installaties die geplaatst worden op het woonadres van de belastingplichtige. Uitgaven voor de installatie van laadpalen in verhuurde woningen of in het vakantiehuisje in de Ardennen komen derhalve niet in aanmerking. De huurder van de woning zelf kan daarentegen wel aanspraak maken op de belastingvermindering voor het laadstation dat hij op zijn kosten laat plaatsen.

Volgens de voorlopige wettekst moet de installatie bovendien gevoed worden door 100 % groene stroom, ofwel via een contract van de energieleverancier ofwel door zelf opgewekte hernieuwbare energie.

De belastingvermindering wordt tenslotte maar één keer toegekend per belastingplichtige. Indien de uitgaven dus verspreid zijn over twee jaren, zal je maar voor één van die twee jaren een belastingvermindering ontvangen. Het verdient dus de voorkeur om geen werken uit te laten voeren rond Nieuwjaar…

Ook hier legt de ontwerptekst van de wet op dat het moet gaan om een ‘intelligent’ laadstation dat voldoet aan enkele technische vereisten (zie hierboven).

***********************

We kunnen niet genoeg benadrukken dat de bovenstaande informatie gebaseerd is op voorlopige teksten die nog door het Parlement goedgekeurd moeten worden. Het is dus perfect mogelijk dat de definitieve wetgeving (als er die al komt) op bepaalde punten afwijkt van hetgeen hierboven werd uiteengezet.

Het belangrijkste gegeven van de hele hervorming is in onze ogen het feit dat er niet geraakt wordt aan de lopende contracten. Dat is een zegen voor de belastingplichtige, maar absolute horror voor een belastingconsulent. Deze zal steeds moeten nagaan wanneer de wagen precies werd aangeschaft om het aftrekpercentage te berekenen.

Fineko aug21 013

Pieter Van de Sijpe

Fiscaal jurist, vennoot
Ven 04

Bart Vandeloo

Fineko Genk

Gerelateerde nieuwsartikels